Parket en vloerverwarming | Belang van het opstartprotocol

Wij wensen je veel plezier toe met het lezen van dit artikel. Is er een onderwerp waar jij meer over wilt weten? Laat het ons weten! Misschien behandelen we jouw vraag wel in het volgende parketblad.

Traditionele installatie

In deze editie behandelen we het belang van het opstartprotocol na het leggen van een parketvloer. Wij gaan in dit artikel uit van een traditionele installatie. Bij moderne vloerverwarmingssystemen zijn er steeds vaker installaties beschikbaar die een automatisch opstartprotocol hebben ingebouwd. Dit betekent dat het systeem zelf het opstartproces reguleert, zonder dat de bewoner handmatig de temperatuur hoeft te verhogen. Daarover schrijven we meer in het volgende Parketblad.

Wanneer de parketvloer is gelegd op een vloerverwarmingssysteem, is het belangrijk om het opstartprotocol te volgen. Dit opstartprotocol zorgt ervoor dat de parketvloer en de vloerverwarming samen veilig en effectief kunnen functioneren.

Wat is het opstartprotocol?

Het opstartprotocol is een geleidelijke opbouw van de temperatuur van de vloerverwarming, die ervoor zorgt dat zowel de parketvloer als de ondervloer de kans krijgen om op een gecontroleerde manier te acclimatiseren en te wennen aan de warmte.

Nadat de parketvloer is gelegd, is het hout nog gevoelig voor temperatuur- en vochtverschillen. Door de vloerverwarming in een vast tempo op te voeren, wordt de kans op scheurtjes, kromtrekken of andere schade aan de vloer geminimaliseerd.

Let op! Het OPSTARTprotocol is iets anders dan het OPSTOOKprotocol. Het opstookprotocol wordt toegepast vóór de installatie van de vloer, terwijl het opstartprotocol na het leggen van de vloer wordt gedaan.

Waarom is het opstartprotocol belangrijk?

Het volgen van het Opstartprotocol na het leggen van een parketvloer is van belang om verschillende redenen:

1. Bescherming van de parketvloer

Een van de belangrijkste redenen om het opstartprotocol te volgen, is om de parketvloer te beschermen. Hout is een natuurproduct en reageert op veranderingen in temperatuur en luchtvochtigheid. Zonder een gecontroleerde temperatuurstijging kan het hout te snel uitzetten of krimpen, wat kan leiden tot scheuren, vervorming en zelfs loslaten van de vloer. Dit kan niet alleen het uiterlijk van de vloer verpesten, maar ook leiden tot klachten en tijdrovende reparaties.

2. Voorkomen van spanningen in de vloer

Wanneer een vloer snel wordt opgewarmd, kunnen er spanningen ontstaan tussen de verschillende lagen van de vloer. Vooral bij meerlaagsparket en vol verlijmd kan dit problemen opleveren. Het opstartprotocol zorgt ervoor dat deze spanningen geleidelijk opgebouwd worden, waardoor de kans op beschadiging minimaal is. Door de warmte langzaam op te voeren, heeft het hout de tijd om zich aan te passen aan de nieuwe omstandigheden.

3. Verbetering van de energie-efficiëntie

Een correct uitgevoerde opstartprocedure draagt bij aan de energie-efficiëntie van het verwarmingssysteem. Door de warmte geleidelijk te verhogen, kan de vloerverwarming optimaal functioneren zonder onnodige pieken in het energieverbruik. Dit verlengt niet alleen de levensduur van het systeem, maar zorgt er ook voor dat het minder energie kost om de gewenste temperatuur te bereiken en te handhaven.

4. Toepassen bij alle typen vloerverwarming

Het opstartprotocol is niet alleen van toepassing op watergedragen vloerverwarming, maar ook op elektrische systemen. Ongeacht het type systeem zorgt het protocol ervoor dat de warmte gelijkmatig en gecontroleerd wordt opgebouwd.

Het stapsgewijze proces van het opstartprotocol

Het opstartprotocol verloopt in verschillende fasen:

Begin met de verwarming volledig uitgeschakeld. Na het leggen van de parketvloer moet de vloerverwarming minstens 48 uur uitgeschakeld blijven om het hout de tijd te geven om te acclimatiseren.

Start met een lage temperatuur. Na de rustperiode schakel je de vloerverwarming in op een lage doorvoertemperatuur van 20°C. Deze temperatuur hou je gedurende twee dagen constant.

Verhoog de temperatuur met kleine stappen. Na de eerste twee dagen verhoog je de doorvoertemperatuur met maximaal 5 graden per dag. Dit doe je tot je de maximale doorvoertemperatuur van je vloerverwarming hebt bereikt. Let op! Iedere vloer is anders. Tijdens het opstookprotocol heb je de temperatuur dekvloer gemeten die max. 28 graden mag zijn. Hou daar rekening mee en ga daar niet overheen.

Hou de temperatuur stabiel. Wanneer de maximale temperatuur is bereikt, houd je deze gedurende een paar dagen stabiel, zodat de vloer volledig kan acclimatiseren. Daarna kun je de verwarming weer geleidelijk terugbrengen naar een normaal gebruiksniveau.

Samenvattend

Het opstartprotocol is een onmisbare stap na het leggen van de parketvloer bij vloerverwarming. Het zorgt ervoor dat de vloer de tijd krijgt om zich aan te passen aan de warmte, waardoor problemen zoals scheuren, vervorming en spanning worden voorkomen. Door de temperatuur langzaam op te voeren en de vloer geleidelijk te laten wennen aan de temperatuur, garandeer je een langere levensduur en blijft de parketvloer langer mooi.

P.S: Het opstartprotocol kan het beste ook worden gehanteerd wanneer de vloerverwarming lange tijd uitgeschakeld is geweest, bijvoorbeeld na de zomermaanden of bij langdurige afwezigheid.